Ampass, © Innsbruck Tourismus : Tom Bause
09 februari 2024
Originele taal van het artikel: Deutsch Informatie Automatische vertaling. Supersnel en bijna perfect.

Pfaffensteig. Wat een straatnaam! Tijdens mijn onderzoek naar Bruegels meesterwerk 'Jagers in de sneeuw' kwam ik dit pad tegen, waarvan de naam mij als pelgrim erg opviel. Het pad ligt in het zuiden van de stad, bijna aan de voet van Kasteel Ambras. Ik ben er vast van overtuigd dat meester Pieter Bruegel de Oude vanaf deze plek ooit schetsen heeft gemaakt en het ontwerp heeft uitgewerkt. Schetsen maakte en de ontwerpideeën uitwerkte voor zijn iconische winterschilderij. Ik heb mijn onderzoek samengevat in deze blog.

Maar wat me nu interesseerde was: Hebben priesters die vroeger op een denigrerende manier 'priesters' werden genoemd echt dit pad bewandeld? Waar, waarom en van waar zijn ze 'opgestegen'? Was dit misschien zelfs de oude route van de Romeinse weg? Vragen op vragen die ter plekke onderzocht moeten worden. Dus ging ik op reis. En omdat ik bij zulke gelegenheden graag het nuttige met het mooie combineer, was ik van plan om aan mijn historische verkenningen ter plekke een plezierwandeling toe te voegen. Toen ik in Ampass was, wilde ik het minder bekende Herzmeer bezoeken. Mijn wandeltips vind je aan het einde van deze blogpost.

Voordat ik aan mijn historisch onderzoek begin, doe ik meestal eerst wat onderzoek in de bibliotheken van Innsbruck. In dit geval zijn de historici het er min of meer over eens: er moet een Romeinse weg hebben gelopen van Wilten via Amras en Egerdach naar het huidige Ampass. De verbinding van Ampass naar Aldrans, die nu ten onrechte de 'Romeinse weg' wordt genoemd, is van recentere datum en was de 'zoutweg' waarover het kostbare goed ooit van Hall naar Brenner werd vervoerd. In de Romeinse tijd was het - als het al een voetpad was. (Ik schreef deze blog over de zoutweg)

Daarom wilde ik op zoek gaan naar mogelijke routes naar de bergovergang die in oude beschrijvingen van de route 'Hals' wordt genoemd. Het ligt in de gemeente Ampass, ten oosten van Innsbruck, en was zeker de historische doorsteek van Innsbruck naar het Tiroolse laagland ten zuiden van de Inn. En inderdaad, een 'Halsweg' vertakt zich naar rechts in het gehucht Egerdach heel dicht bij de Hermann Gmeiner Academie en leidt naar Ampass. Dit moet de oude beklimming zijn. En de Pfaffensteig? Die eindigt ook bij de Ampass 'Hals', maar begint net na de Luegenstraße. Het was praktisch een kortere weg naar de parochiekerk in Ampass, waar de monniken van de abdij van Wilten de mis hielden. Wat vandaag de dag nauwelijks voorstelbaar is: Ampass was de parochie waartoe Wilten ooit behoorde. De locatie van de Pfaffensteig, die tegenwoordig grotendeels een bospad is, kan echter moeilijk de route van een oude Romeinse weg zijn. Het is niet bekend of dit pad ook werd gebruikt door de man die in de 6e eeuw een goudschat begroef net boven het pad.

Wilten was bijna het 'prehistorische Innsbruck'

Tot Innsbruck in 1180 werd gesticht, was Wilten het onbetwiste geestelijke en wereldlijke centrum aan de samenvloeiing van de rivieren de Sill en de Inn. Wilten, tegenwoordig een belangrijk deel van Innsbruck, was duizenden jaren lang de laatste grote halte op weg naar het zuiden over de belangrijkste Alpenhoofdkam. Of de eerste halte op weg naar het noorden. Al in het neolithicum, zo'n 2500 jaar geleden, was er een nederzetting op de Bergisel boven Wilten, compleet met een plek voor brandoffers.

Nadat de Romeinen in 15 na Christus het huidige Noord-Tirol hadden veroverd, bouwden ze een fort in 'Veldidena' en breidden ze geleidelijk het toen al bestaande Rhätische karrenspoor over de Brennerpas uit. Hier, in het huidige Wilten, splitsten de routes zich: één leidde westwaarts via Zirl en Seefeld naar het noorden en vervolgens naar het huidige Augsburg. Een andere stak de Sill direct over bij de berg Isel en passeerde het huidige Ampass met als verre bestemming Regensburg. Beide steden waren belangrijke garnizoenen aan de Limes, die de Romeinen hadden gebouwd om de Germaanse stammen tegen te houden.

In die tijd vormde de Inn nog enorme meanders en stroomde hier en daar. In voor- en tegenspoed moesten de transportwegen langs de helling lopen om veilig te zijn voor overstromingen van de Inn. En een van deze wegen leidt van Wilten via de huidige Egerdach naar de 'Hals', de pasachtige berginsnijding in Ampass, die wordt begrensd door de zogenaamde 'Burgstall', die alle kenmerken van een cultheuvel heeft. De parochiekerk St. Johann in Ampass en zijn aparte klokkentoren zijn hiervan het levende bewijs.

Het feit dat er op deze heuvel al in de 5e eeuw na Christus een kerk werd gesticht, is nog meer bewijs voor het bestaan van een nabijgelegen Romeinse wegverbinding. Dit is overigens vergelijkbaar met de Laurentiuskerk in Imst, die ook werd gebouwd in de buurt van een Romeinse weg, de Via Claudia Augusta. De reden voor deze veronderstelling: het christelijke geloof verspreidde zich snel langs de Romeinse hoofdwegen nadat keizer Constatijn in 313 het christendom tot staatsgodsdienst had uitgeroepen. Dit stimuleerde ook de bouw van kerken in het toenmalige Tirol.

De bouw van de eerste kerk is zeker nauw verbonden met de eerste kersteningsgolf in de 5e eeuw. Er is een goede reden waarom de kerk uitgerekend hier werd gebouwd: op het plateau van de heuvel bevond zich lange tijd een steencirkel, wat de cultische betekenis van deze heuvel, die soms ook 'Palmenheuvel' werd genoemd, bevestigt. De stenen staan zelfs nog aangegeven op de kaart van Carl Urban en zijn collega's, 'Inntal von Zirl bis Hall um 1840'. Bovendien onderstrepen archeologische vondsten van een begraafplaats aan de voet van de Palmenheuvel de veronderstelling dat dit een belangrijk heiligdom moet zijn geweest in het voorchristelijke geloof.

Geen wonder dat op hetzelfde plateau in 1743 een klokkentoren werd gebouwd, want een nieuwe klok zou waarschijnlijk te zwaar zijn geweest voor de kerktoren van de parochiekerk. Hij weegt immers 2.408 kilogram. Een oude rituele traditie werd eenvoudigweg verlengd.

Ampass heeft ook een andere interessante kerk. Deze ligt iets onder de parochiekerk aan de historische zoutweg. Deze leidde van de Hall-brug naar Ampass, waar een steile helling overwonnen moest worden om de weg naar Aldrans te bereiken. De kerk, gewijd aan St Veith, is van gotische oorsprong en diende waarschijnlijk als rust- en offerplaats voor karrenherders.

Door het Herzbachdal naar de Herzsee

De rest van de wandeling naar de Herzsee begint bij de Widum (zoals pastorieën in Tirol worden genoemd), die tegenover de parochiekerk St. Johann ligt. Johann. Het gebouw is een juweeltje van barokke architectuur en ligt op een klein plateau met een ongelooflijk mooi uitzicht op het Bettelwurfmassief.

De daaropvolgende ontspannen klim naar de Herzsee loopt door een klein dal en is een van de luchtige, gemakkelijke wandelingen met prachtige uitzichten die vanzelfsprekend zijn in het middelgebergte ten zuiden van Innsbruck. De Herzsee zelf ligt net boven het centrum van het dorp Aldrans en werd al vermeld in het visboek van keizer Maximiliaan I als een 'vijver of meer bij Laibains'. Het is gebleven wat het was: een enorme, prachtige visvijver.

Herzsee is ook maar een paar minuten verwijderd van de dichtstbijzijnde bushalte in het dorpscentrum, waardoor het ideaal is voor uitstapjes.

Mijn wandeltip:

Wandelen langs historische paden is een mix van het gebruik van openbaar vervoer en wandelen. Ik kan twee routes aanbevelen.

Route 1: De Pfaffensteig

Het startpunt voor de wandeling over de voormalige 'snelroute' van de monniken van de abdij van Wilten naar Ampass is het station 'Luigenstraße' van het openbaar vervoer van Innsbruck. De bus van lijn C rijdt rechtstreeks van de Maria-Theresien-Straße naar de Luigenstraße. Daarvandaan ga je te voet verder in de richting van Pfaffensteig, die ongeveer 250 meter na de bushalte rechtsaf slaat in de richting van Ampass. De wandeling gaat verder langs de bosweg tot ongeveer 200 meter voordat je de 'Passhöhe' bereikt, die dan overgaat in een echte 'Steig', d.w.z. quasi 'origineel' wordt. Een beetje voorzichtigheid is hier geboden. Niet per se aan te raden bij regenachtig weer. Wandeltijd: tussen 30 en 45 minuten.

Route 2: De Romeinse weg

De alternatieve route naar de Pfaffenweg is een wandeling langs de voormalige route van de Romeinse weg, d.w.z. de Halsweg. Buslijn 505 (richting Hall in Tirol, Milser Straße) begint bij het hoofdstation en brengt wandelaars naar de halte 'SOS-Kinderdorf' in Egerdach. Vanaf daar is het ongeveer 200 meter naar de kruising met de Halsweg. De wandeling volgt een geasfalteerde weg, aan het einde waarvan een smal pad naar de voet van de Palmenheuvel leidt. Wandeltijd: tussen 30 en 45 minuten.

Een bezoek aan de parochiekerk St. Johann en de klokkentoren is een aanrader voordat je de wandeling tegenover de Widum door het Herztal voortzet. Ik raad aan om de geasfalteerde weg te nemen, die ongeveer 1,5 uur duurt om de Herzsee te bereiken.

Het einde van deze prachtige wandeling is een wandeling naar het dorpscentrum van Aldrans, meer bepaald naar het dorpsplein. Vanaf daar brengen bussen de nu cultuurminnende wandelaars met korte tussenpozen terug naar Innsbruck.

Soortgelijke artikelen